Leefstijl is actueel. Gezonde voeding, beweging, slaap, stress-management: overal om je heen zie je hierin positieve ontwikkelingen.

Leefstijl is preventie. Zowel primaire preventie in de zin dat het gezondheidsproblemen, maar ook psychologische en economische schade, voorkomt. En tertiaire preventie: als je een probleem hebt gehad, verkleinen positieve leefstijlveranderingen de kans dat het opnieuw optreedt. Op dit moment doen we in Nederland vooral aan tertiaire preventie: bij de constatering van een gezondheidsprobleem worden maatregelen getroffen om herhaling te voorkomen en proberen we de veroorzakende prikkel aan te pakken.

Hoewel iedereen van leefstijl gehoord heeft, en het belang van een gezonde leefstijl onomstotelijk bewezen is, blijkt het in praktijk enorm moeilijk om leefstijlveranderingen duurzaam door te voeren. 
Een deel van het probleem ligt bij interne motivatie van de betrokken persoon: het vraagt veel kennis, tijd en toewijding, en de effecten zijn vaak pas later of niet merkbaar (een lastige eigenschap van vrijwel alle preventieve maatregelen). Ongezond gedrag is verslavend en werkt sterk op ons beloningssysteem: de sugarrush van suikerhoudende producten, de ontspanning van alcohol of een sigaret, de oppeppende of juist verdovende effect van drugs. Allemaal kortetermijneffecten. De langetermijneffecten zijn veelal negatief. Gezond gedrag werkt net andersom: vaak moet je er prettige dingen voor laten en je beloning komt pas veel later, of je merkt juist helemaal niets omdat het probleem niet optreedt. En het is daarom veel moeilijker om juist voor gezond gedrag motivatie te vinden en te behouden. Zeker in een maatschappij waarin veel ongezond gedrag sociaal ingebed én makkelijker toegankelijk is, en waar soms zelfs reclame wordt gemaakt voor ongezonde producten. 

Een ongezonde leefstijl is dus niet alleen een persoonlijk, maar ook een maatschappelijk probleem. De gevolgen zijn ook enorm: ziektelast en dus kosten en tevens de daarmee gepaard gaande economische verliezen als gevolg van een verminderde arbeidsproductiviteit. Gekwantificeerde determinanten van ongezonde leefstijl zoals roken of ongezonde voeding verklaren ongeveer 40% van de ziektelast. En ik ben ervan overtuigd dat dit percentage veel hoger is als we ook alle moeilijk te kwantificeren determinanten zoals luchtvervuiling en stress meerekenen.

Leefstijlveranderingen vragen niet alleen veel motivatie en doorzettingsvermogen, maar in ons huidige systeem zijn ze ook nog eens relatief duur voor de individuele mens. Gezonde voeding en sporten kosten vaak geld, meer geld dan junkfood en bankzitten. Sigaretten en alcohol zijn relatief duur, maar door het verslavende effect houdt dat weinig gebruikers tegen, zelfs degenen die het geld eigenlijk niet hebben blijven het kopen.

Zeker het huidige economische klimaat – in Nederland leeft dit jaar 6,7% (1,2 miljoen inwoners) en volgend jaar maar liefst 7,6% van de mensen (1,3 miljoen inwoners) onder de armoedegrens – werkt duurzame leefstijlveranderingen tegen. Velen hebben wel wat anders aan hun hoofd dan een gezonde leefstijl en als ze er al mee bezig kunnen, dan ontbreekt het hen vaak aan geld. De problemen op het gebied van fysieke gezondheid zullen we over 10-20 jaar duidelijk gaan merken. De gevolgen op mentaal vlak al veel eerder. En dat gaat uiteraard gepaard met grote sociaal-economische gevolgen: minder gezonde werkenden om geld binnen te brengen en ons systeem draaiende te houden en meer zieken en sociaal behoeftigen. Ik houd m’n hart vast. Onze maatschappij zit vol met paradoxale prikkels die invloed hebben op onze leefstijl.

De labeltjes op onze voeding, het aanleggen van meer fietspaden, de belasting op alcohol: het zijn pleisters op onze maatschappelijke wond. Ze hebben weinig effect als mensen geen aandacht of mogelijkheid hebben om zich met gezond leven bezig te houden.

Met de juiste visie en maatregelen is hier dus enorm veel winst te behalen, zowel op het gebied van gezondheid en geluk, alsook op financieel en economisch gebied.

Dit benadrukt het belang van duurzame maatregelen tegen armoede, van het invoeren van maatschappelijke veranderingen die over de hele breedte van de bevolking gezond leven stimuleren en ongezond gedrag ontmoedigen. Hoe banaal het ook is, een financiële prikkel is vaak de meest effectieve. Door een verschuiving in de consumentprijs waarbij ongezonde zaken steeds duurder worden en gezonde zaken goedkoper, kunnen we in mijn ogen het meeste bereiken. Kinderachtig en sturend, ja dat is het zeker, maar het gaat waarschijnlijk enorm veel opleveren in gezondheidswinst en daardoor ook in economische winst. En dat is het waard.

En op kleinere schaal kun jij bijdragen: door bewustwording te creëren in de spreekkamer, door mee te denken met je patiënt over wat er mogelijk is en door ondersteuning te bieden tijdens het veranderproces. Alle kleine beetjes helpen!

Je houd misschien ook van..

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *